Prikkelverwerking

Prikkelverwerking is hoe je hersenen omgaan met alle informatie die je zintuigen binnenkrijgen. En dat is een heleboel informatie, want je hebt maar liefst 8 verschillende zintuigsystemen! Je gebruikt je zintuigen onbewust de hele dag door (horen, zien, voelen, ruiken, proeven, je evenwicht bewaren, hoe je beweegt, het gevoel van pijn en honger of dorst). Je hersenen moeten al die prikkels verwerken, zodat je weet wat er om je heen gebeurt en hoe je moet reageren. Soms gaat prikkelverwerking vanzelf goed, maar het kan ook moeilijker zijn.

Iedereen heeft zijn eigen prikkelverwerking. Het is een normaal en belangrijk systeem van ons lichaam en noodzakelijk om goed te kunnen functioneren. Je wordt je vaak pas bewust van je prikkelverwerking als je te veel of te weinig prikkels ervaart. Dit wordt bepaald door een filtersysteem in je hersenen. Het filter bepaalt of een prikkel doorkomt of niet. Dit filtersysteem is een 'lerend' systeem en functioneert onder meer op basis van eerdere opgedane ervaringen en emoties. 

Je filtersysteem zorgt ervoor dat je niet reageert op iedere prikkel, zoals geluiden of bewegende objecten die voorbij komen. Je kunt je dan goed concentreren op de dingen die op dat moment belangrijk zijn. Als er sprake is van een bedreigende, alarmerende prikkel (bijv. het horen van een alarm of een hand op een te warme verwarming), dan zal het filtersysteem die prikkel altijd doorlaten om zo snel mogelijk in actie te komen. 

Bij sommige kinderen of volwassenen laat het filtersysteem te veel prikkels binnenkomen. Dit noem je overprikkeling of hyperresponsiviteit. Hierdoor raak je snel overspoeld. Dit kan zich uiten in concentratieproblemen (klas/werk), emotionele reacties (een kort lontje), vermoeidheidsklachten, duizeligheid, misselijkheid, slaapproblemen.

Bij anderen laat het filtersysteem juist te weinig prikkels binnenkomen. Dit noem je onderprikkeling of hyporesponsiviteit. Hierdoor reageer je te laat of helemaal niet op een prikkel. Dit kan zich uiten in een vertraagde reactie op het roepen van je naam, onzekerheid, in jezelf gekeerd zijn, minder contact maken, niet tot een goed eindresultaat kunnen komen, onhandige motoriek (vallen, stoten en struikelen). Je hebt dan extra sterke prikkels nodig om goed op je omgeving te kunnen reageren.

Het ingewikkelde aan dit alles is dat onder- of overprikkeling per zintuigsysteem kan verschillen. Het is daarom belangrijk om te begrijpen hoe prikkelverwerking werkt, want iedereen gaat er anders mee om. Als je weet wat je prettig vindt of wat juist te veel is, kun je daar rekening mee houden in je dagelijks leven. Zo kun je beter omgaan met de wereld om je heen.